Wat maakt een ritueel anders dan tandenpoetsen?

Wat vertel je aan jongeren die misschien wel voor het eerst een kerk vanbinnen zien? Godsdienstwetenschapper Marije Verkerk ontwikkelde op verzoek van de Kloosterkerk lesmodules voor leerlingen uit het voortgezet onderwijs die op excursie naar de kerk komen.

Marije Verkerk (38) behaalde na haar studie godsdienstwetenschap haar lesbevoegdheid en werkte tien jaar als docent levensbeschouwing in het middelbaar onderwijs. ‘De aanleiding om modules voor de Kloosterkerk te ontwikkelen, was dat ze regelmatig vragen kregen van scholen om langs te komen, ook best vaak ad hoc, waarbij de invulling van die bezoeken doorgaans aan de kerk werd overgelaten’, licht Verkerk toe. ‘Daarom zochten ze iemand met onderwijservaring die ook kennis heeft over kerken, over wat daar gebeurt en waarin men gelooft.’

Vanuit de Kloosterkerk was nagedacht over onderwerpen die ze in de lessen naar voren wilden laten komen en de rol van Verkerk was met name de didactische invulling: hoe bouw je een uitleg op; hoe zorg je dat leerlingen zich betrokken voelen bij het gesprek; welke vragen kun je stellen? Ook ontwikkelde ze bijpassende werkvormen. Verkerk: ‘De modules spelen in op verschillende behoeften, omdat het per school nogal kan verschillen hoeveel de leerlingen al weten. Soms is het een eerste introductie in het christendom of in wat een kerk eigenlijk is en moet je het dus simpel houden. Daarvoor heb ik een module gemaakt waarbij ze een bingokaart vullen met onderdelen uit de kerk, met QR-codes erbij. Een andere module gaat over samenzijn en elkaar helpen, dus meer de maatschappelijke kant van kerk-zijn. Ook is er een module over muziek. In weer een andere module gaan leerlingen in groepjes in gesprek met mensen die actief betrokken zijn bij de kerk. Ten slotte is er een module over rituelen. Daarin staan ze eerst uitgebreid stil bij de rol en kenmerken van rituelen: wat maakt een ritueel bijvoorbeeld anders dan tandenpoetsen of huiswerk maken? De module wordt ook afgesloten met een ritueel, bijvoorbeeld door samen stil te zijn en een kaars te branden voor iemand of iets waar ze als groep bij stil willen staan.’

 

Zingeving en welzijn bij jongeren

Sinds 2020 is Verkerk bezig met een promotieonderzoek naar het verband tussen zingeving en welzijn bij jongeren. ‘De achtergrond van het onderzoek was de vraag of er, zoals vaak wordt beweerd, een probleem is op dit gebied’, licht Verkerk toe. Zowel in haar werk als haar onderzoek zag ze dat dit inderdaad het geval is: ‘Er is een achteruitgang in het welbevinden, zeker bij meisjes, die vooral samenhangt met prestatiedruk. Het idee te moeten voldoen aan een bepaalde standaard is op alle levensdomeinen aanwezig. Ik ging weleens met een leerling zitten en vroeg dan: waar word je blij van? En soms was er dan gewoon niets; heel zorgelijk en verdrietig.’

 

‘Soms is het

een eerste introductie

in het christendom’

Voor haar onderzoek heeft Verkerk geschreven levensverhalen verzameld van jongeren die in een levensfase zitten waarin ze belangrijke keuzes moeten maken en ook heeft ze diepte-interviews met hen gehouden. Hieruit probeert ze op te maken wat voor deze jongeren existentieel welzijn inhoudt. Verkerk: ‘Wat opvalt is dat ze op de vraag naar hun normen, waarden en levensbeschouwing vooral vertellen over emotionele gebeurtenissen. Psychologie en zingeving blijken sterk met elkaar verweven. Opmerkelijk vind ik de grote waarde die gehecht wordt aan het ervaren van rust. Bijna alle respondenten die iets hebben met religie of spiritualiteit, koppelen dit aan rust.’

Irna van der Wekke

 

Vanaf september zullen de modules in de Kloosterkerk gebruikt worden. Geïnteresseerden uit andere kerken kunnen contact opnemen met Rienk Lanooy, predikant van de Kloosterkerk.